Importeur SMT laat op vier kleine demodagen de nieuwe machines aan klanten zien. Een bescheiden setting voor de marktintroductie van twee nieuwe elektrische modellen. Misschien vanwege het feit dat de markt nu toch al enige tijd wacht en hoopt op de belofte die Volvo als eerste OEM groots deed: elektrische fabrieksmachines.
Een verwachting die niet reëel was, maar niettemin werd er de afgelopen hoopvol naar de productie van de Zweden gekeken. Nu lijkt het leergeld te zijn betaald en komt er een golf aan nieuwe machines aan. "De grootste introductie ooit", beloofde CEO Melker Jernbeg in juni 2024 in een open gesprek met BouwMachines aan. Dat was de aankondiging van de productie, nu komen de machines ook daadwerkelijk naar de Nederlandse markt.
Om te beginnen de L120 Electric en EC230 Electric. Twee machines die alles presteren wat hun Stage V broertjes ook doen, alleen dan emissieloos. Met draaitijden van 6 tot 8 uur garandeert Volvo nu ook met deze machines één van de belangrijkste wensen (beter: eisen) van de machinist: een volle dag draaien zonder opladen.

Daarnaast laten de eigen totale eigendomskosten (TCO) berekeningen van SMT zien dat de elektrische machines ook daar de diesels evenaren. Heeft er ook mee te maken dat de aanschafprijs inmiddels een stuk interessanter is gemaakt. Belangrijk voor de TCO ten opzichte van diesel, maar ook ten opzichte van de elektrische concurrentie.
Zoals gezegd het is een soort van startschot voor een hele serie aan marktintroducties. Begin volgend jaar volgen de elektrische L90 en de EWR 150. Twee waar die vooral voor onze markt heel interessant zullen zijn. Daarnaast zal gedurende 2026 ook de hele compact range grondig worden aangepakt.
Voor BouwMachines gaat journalist Matthijs Verhagen binnenkort bij SMT langs om de twee nieuwe machines uitgebreid te bekijken en beschrijven.








